"Mucho" is een bijwoord en een bijvoeglijk naamwoord in de Spaanse taal, afhankelijk van de context waarin het wordt gebruikt.
[muto]
"Mucho" kan vertaald worden als "veel" of "erg" in het Nederlands, afhankelijk van de context.
"Mucho" wordt gebruikt om een grote hoeveelheid of intensiteit aan te duiden. Het kan zowel in gesproken als geschreven Spaans worden gebruikt, maar het is wellicht iets gebruikelijker in informele spraak. In termen van gebruiksfrequentie is het een van de meest voorkomende termen in de dagelijkse conversatie.
Ik hou veel van chocolade.
Hay mucho tráfico en la ciudad.
"Mucho" wordt vaak gebruikt in verschillende idiomatische uitdrukkingen. Hier zijn enkele voorbeelden:
Veel herrie en weinig noten. (Dit betekent dat er veel gedoe is, maar weinig resultaat.)
Mucho amor.
Veel liefde. (Wordt vaak gebruikt om intensiteit of hoeveelheden te beschrijven in romantische context.)
Mucho que perder.
Veel te verliezen. (Wordt gebruikt in situaties waar risico's of belangen op het spel staan.)
Mucho trabajo.
Veel werk. (Indicatief voor een druk leven of de noodzaak om hard te werken.)
Mucho más que eso.
"Mucho" heeft zijn oorsprong in het Latijnse woord "multus", dat ook "veel" betekent. Het is door de eeuwen heen geëvolueerd binnen de Romaanse talen, inclusief het Spaans.
Synoniemen: gran cantidad, bastante (afhankelijk van de context).
Antoniemen: poco (weinig), escaso (schraal).
Door zijn veelzijdigheid en frequent gebruik is "mucho" een essentieel woord in de Spaanse taal.