"Nobleza" is een zelfstandig naamwoord.
/nobleθa/ (in het Castiliaans) of /nobleza/ (in het Latin Americaans).
"Nobleza" verwijst naar de sociale klasse van de adel of naar de kwaliteiten van nobelheid en deugdzaamheid. In de Spaanse taal wordt het gebruikt om te verwijzen naar mensen met een hoge sociale status of om positieve eigenschappen aan te duiden, zoals edelmoedigheid of karaktersterkte. Het woord komt regelmatig voor in zowel mondelinge als schriftelijke contexten, met een lichte voorkeur in formele of literaire settingen.
De adel in dit land heeft een lange geschiedenis.
La nobleza de carácter es un valor muy apreciado.
De nobelheid van karakter is een zeer gewaardeerde waarde.
Muchas obras de arte representan a la nobleza de antaño.
In het Spaans zijn er niet veel specifieke idiomatische uitdrukkingen die direct het woord "nobleza" bevatten, maar het kan vaak worden gebruikt in contexten waarin thema's van ethiek of sociale status aan de orde komen.
De adel bestaat niet alleen uit het hebben van een titel, maar ook in het gedrag.
Actuar con nobleza en tiempos difíciles es clave para ganar respeto.
Handelen met nobelheid in moeilijke tijden is de sleutel om respect te winnen.
A pesar de su riqueza, siempre mostró nobleza en sus acciones.
Het woord "nobleza" komt van het Latijnse "nobilitas," wat "berucht" of "bloemisterij" betekent, en heeft betrekking op sociale status en deugden. De ontstaansgeschiedenis is verbonden met de opkomst van aristocratische klassen in de middeleeuwen.
Synoniemen: - Aristocracia (aristocratie) - Deber (plicht) - Grandeza (grootheid)
Antoniemen: - Vulgaridad (vulgairheid) - Bajeza (degens)
Deze informatie biedt een gedetailleerd overzicht van het woord "nobleza" in de Spaanse taal, met focus op betekenis, gebruik en cultureel belang.