"Oreja" is een zelfstandig naamwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "oreja" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /oˈɾexa/.
"Oreja" vertaalt naar "oor" in het Nederlands.
In het Spaans betekent "oreja" letterlijk "oor", en verwijst het naar het gehoorgedeelte van het hoofd. Het woord wordt vaak gebruikt in zowel gesproken als geschreven taal, maar het heeft een grotere frequentie in informele gesprekken. Het kan ook verwijzen naar het concept van luisteren of aandacht schenken, vooral in idiomatische uitdrukkingen.
Ze deed een oorring in haar oor.
Es importante cuidar la salud de tu oreja.
Het is belangrijk om de gezondheid van je oor te verzorgen.
Al escuchar la música, sabía que debía prestar atención a su oreja.
"Oreja" komt voor in verschillende idiomatische uitdrukkingen in het Spaans:
Het nummer viel goed in de smaak bij de jongeren.
Meter la oreja - Je neus ergens in steken of nieuwsgierig zijn.
Je zou je neus niet in andermans gesprekken moeten steken.
No hay orejas para escuchar - Niemand om naar te luisteren (wanneer kritiek of opmerkingen niet worden gehoord).
Iedereen praat, maar niemand luistert echt.
Ser oído - Gehoord worden.
Het woord "oreja" komt van het Latijnse "aurícula", dat ook "oor" betekent. Door de tijd heen is de spelling en uitspraak aangepast in het Spaans.
Er zijn geen directe antoniemen voor "oreja" als zelfstandig naamwoord, maar in termen van functie kan men "silencio" (stilte) beschouwen als het ontbreken van het gehoor.
Deze informatie geeft een uitgebreid overzicht van het woord "oreja", inclusief zijn gebruik, variaties en relevantie in zowel de taal als de cultuur.