"Pacto" is een zelfstandig naamwoord (m.) in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "pacto" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /ˈpak.to/.
Het woord "pacto" kan vertaald worden naar het Nederlands als "verdrag", "overeenkomst" of "pact".
Het woord "pacto" verwijst naar een formele overeenkomst tussen twee of meer partijen waarbij zij zich verbinden tot bepaalde afspraken of voorwaarden. Het wordt vaak gebruikt in juridische, politieke en economische contexten.
In het algemeen is "pacto" een veelgebruikt woord in zowel mondelinge spraak als in geschreven context. De gebruiksfrequentie is redelijk hoog, vooral in formele interviews, juridische documenten en politieke debatten.
El pacto entre las naciones fue firmado el año pasado.
"Het verdrag tussen de landen werd vorig jaar ondertekend."
Los dos partidos políticos llegaron a un pacto para trabajar juntos.
"De twee politieke partijen kwamen tot een overeenkomst om samen te werken."
Het woord "pacto" komt in verschillende idiomatische uitdrukkingen voor. Hier zijn enkele voorbeelden:
Pacto de no agresión
"El pacto de no agresión garantizó la paz entre las dos naciones."
"Het non-agressiepact garandeerde de vrede tussen de twee landen."
Pacto social
"El pacto social es fundamental para garantizar los derechos de los ciudadanos."
"Het sociale pact is essentieel om de rechten van de burgers te waarborgen."
Pacto de silencio
"Firmamos un pacto de silencio después del incidente."
"We sloten een stiltepact na het incident."
Pacto de estabilidad
"El pacto de estabilidad económica se firmó entre los miembros de la UE."
"Het economische stabiliteitspact werd ondertekend door de leden van de EU."
Het woord "pacto" komt van het Latijnse "pactum," wat 'overeenkomst' of 'verdrag' betekent. Dit woord is afgeleid van het werkwoord "pacisci," wat 'afspreken' of 'overeenkomen' betekent.
Synoniemen: acuerdo (overeenkomst), convenio (verdrag), tratado (verdrag).
Antonijnen: desacuerdo (ongelijkheid), ruptura (breuk), discordia (strijd).