permitir (spaans) - betekenis, definitie, vertaling, uitspraak

Woordsoort

"Permitir" is een werkwoord in het Spaans.

Fonetische transcriptie

De fonetische transcriptie van "permitir" volgens het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is: /peɾ.miˈtiɾ/

Vertaalopties voor Nederlands

"Permitir" kan in het Nederlands vertaald worden als: - Toestaan - Toenemen - Vergunning geven

Betekenis en gebruik

"Permitir" betekent het toestaan of mogelijk maken van iets. Het wordt vaak gebruikt in zowel formele als informele contexten, zoals in de rechtspraktijk en in alledaagse gesprekken. De gebruiksfrequentie is vrij hoog, zowel in gesproken als geschreven Spaans, maar het komt vaker voor in officiële documenten en juridische teksten.

Voorbeeldzinnen

1. El director decidió permitir a los estudiantes salir antes de tiempo.

2. De directeur besloot de studenten eerder te laten vertrekken.

3. No podemos permitir que eso suceda de nuevo.

4. We kunnen niet toestaan dat dat opnieuw gebeurt.

5. La ley permite a las personas reclamar una compensación.

6. De wet staat mensen toe een schadevergoeding te eisen.

Idiomatische uitdrukkingen

Het woord "permitir" kan ook voorkomen in verschillende idiomatische uitdrukkingen:

1. "Permitir que el pez grande se coma al chico"

2. "Toestaan dat de grote vis de kleine eet." (Dit betekent dat men niet ingrijpt in ongelijke situaties.)

3. "Permitir que las cosas se pongan feas"

4. "Toestaan dat de dingen lelijk worden." (Verwijst naar het negeren van problemen tot ze groter worden.)

5. "Permitir a alguien hacer lo que quiera"

6. "Iemand toestaan om te doen wat hij of zij wil." (In het Nederlands zegt dit iets over het gebrek aan controle of regels.)

Etymologie

Het woord "permitir" is afkomstig van het Latijnse "permittere," wat betekent "toestaan, op de weg zetten of toelaten." Dit is samengesteld uit "per-" (door) en "mittere" (laten gaan of zenden).

Synoniemen en antoniemen

Synoniemen: - Dejar (laten) - Autorizar (autorize) - Consentir (toestemming geven)

Antoniemen: - Prohibir (verbieden) - Negar (weigeren) - Impedir (tegenhouden)