"Pollo" is een zelfstandig naamwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "pollo" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /ˈpo.ʝo/.
Het woord "pollo" betekent "kip" in het Nederlands.
"Pollo" verwijst letterlijk naar een jonge kip, meestal gebruikt voor vleesproductie. In de Spaanse taal wordt het veel gebruikt in zowel gesproken als geschreven context. Het is een veelvoorkomend woord, vooral in de culinaire wereld, waar kip een populair ingrediënt is in diverse gerechten. Het wordt vaak gebruikt in informele gesprekken over eten.
El pollo al horno es mi plato favorito.
(Geroosterde kip is mijn favoriete gerecht.)
Hoy vamos a comer pollo con arroz.
(Vandaag gaan we kip met rijst eten.)
"Pollo" komt in enkele idiomatische uitdrukkingen voor, hoewel het niet zo gebruikelijk is als andere woorden. Hieronder enkele uitdrukkingen met hun vertalingen:
Estar como un pollo sin cabeza.
(Zich gedragen als een kip zonder kop.)
Dit betekent dat iemand chaotisch of wanhopig handelt.
No hay pollo sin plumas.
(Er is geen kip zonder veren.)
Dit betekent dat er geen resultaat is zonder kosten of inspanning.
Montar un pollo.
(Een kip opzetten.)
Dit betekent dat iemand een grote commotie of ruzie creëert om iets bijzonders.
Después de perder el partido, estuvo como un pollo sin cabeza.
(Na het verlies van de wedstrijd gedroeg hij zich als een kip zonder kop.)
Siempre me dice que no hay pollo sin plumas.
(Hij zegt altijd dat er geen resultaat is zonder kosten.)
Het woord "pollo" komt van het Latijnse "pullus", wat "jong dier" betekent. Het heeft zich door de eeuwen heen ontwikkeld in de Romaanse talen.
Synoniemen: - Ave (vogel) - Gallo (haan)
Antoniemen: - Carne roja (rood vlees) - in de context van verschillende soorten vlees.
"Pollo" is een veelzijdig woord dat diep geworteld is in de Spaanse cultuur, met toepassingen in de dagelijkse spraak en tal van gerechten.