portar (spaans) - betekenis, definitie, vertaling, uitspraak

Woordsoort

Het woord "portar" is een werkwoord in de Spaanse taal.

Fonetische transcriptie

De fonetische transcriptie van "portar" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /porˈtaɾ/.

Vertaalopties voor Nederlands

"Portar" kan vertaald worden als: - dragen - brengen - vervoeren

Betekenis en gebruik

"Portar" betekent letterlijk "dragen" of "brengen". Het verwijst naar de handeling van iets met je mee te nemen, meestal in de context van fysieke objecten of een bepaalde rol. Het woord heeft een algemeen gebruik en wordt zowel in mondelinge als geschreven contexten frequent aangetroffen.

Voorbeeldzinnen

1. Ella tiene que portar la mochila a la escuela.

2. Zij moet de rugzak naar school dragen.

3. Es importante portar el uniforme en el trabajo.

4. Het is belangrijk om het uniform op het werk te dragen.

Idiomatische uitdrukkingen

"Portar" komt ook voor in verschillende idiomatische uitdrukkingen in het Spaans:

1. Portar bien/mal
2. Significatie: Zich goed/slecht gedragen.

3. Zin: Los niños siempre deben portar bien en la escuela.

   • Kinderen moeten zich altijd goed gedragen op school.

4. Portar consigo

5. Significatie: Iets bij zich hebben.

6. Zin: Siempre porto conmigo un libro para leer.

   • Ik heb altijd een boek bij me om te lezen.

7. Portar un peso

8. Significatie: Een last dragen, letterlijk of figuurlijk.
9. Zin: A veces hay que portar un peso emocional difícil.
   • Soms moet je een zware emotionele last dragen.

Etymologie

Het woord "portar" komt van het Latijnse woord "portare", wat ook "dragen" of "brengen" betekent. Het heeft door de tijd heen zijn betekenis behouden, met een sterke connectie naar de handeling van het vervoeren of dragen van iets.

Synoniemen en antoniemen

Synoniemen: - Llevar (brengen, meenemen) - Transportar (vervoeren)

Antoniemen: - Dejar (laten, achterlaten) - Soltar (laten vallen, loslaten)