Het woord "reconstruir" is een werkwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "reconstruir" is: /rekonstɾuˈiɾ/
De vertaling van "reconstruir" in het Nederlands is "heropbouwen" of "reconstrueren".
"Reconstruir" betekent het proces van het opnieuw bouwen of herstellen van iets dat is vernietigd of beschadigd. Dit kan zowel fysiek, zoals bij het herstellen van gebouwen na een aardbeving, als figuurlijk, zoals het herstellen van verloren gegevens of het reconstrueren van een situatie in een verhaal.
Het woord wordt relatief vaak gebruikt in geschreven context, vooral in juridische, economische en technische teksten, maar ook in gesprekken over geschiedenis en herstelprojecten.
"Na de natuurramp besloot de regering de stad te heropbouwen."
"Los arqueólogos intentan reconstruir la historia de la antigua civilización."
In het Spaans is "reconstruir" niet het meest gebruikelijke woord binnen idiomatische uitdrukkingen, maar het is wel te vinden in verschillende contexten die het idee van herstel of heropbouw benadrukken:
Dit verwijst naar het proberen te begrijpen of herstellen van gebeurtenissen uit het verleden.
"Reconstruir la confianza"
Gebruikt wanneer men het verloren vertrouwen in een persoon of organisatie probeert te herstellen.
"Reconstruir desde cero"
Dit betekent dat men helemaal opnieuw begint zonder enige basis of eerdere structuur.
"Reconstruir un relato"
Het woord "reconstruir" komt van het Latijnse "reconstruere", waarbij "re-" een voorvoegsel is dat "opnieuw" of "her" betekent en "construere" betekent "bouwen". De samenvoeging van deze elementen draagt bij aan de betekenis van het opnieuw bouwen of herstellen.