Het woord "reforzar" is een werkwoord in het Spaans.
"Reforzar" betekent "versterken" of "versterking geven aan". Het wordt vaak gebruikt om aan te geven dat iets wordt versterkt of krachtiger wordt gemaakt. Dit werkwoord wordt regelmatig gebruikt in zowel gesproken als geschreven Spaans. Het wordt vaak gebruikt in formele en informele contexten.
Hier zijn de vervoegingen van "reforzar" in verschillende tijden: - Tegenwoordige tijd: refuerzo - Verleden tijd: reforcé - Voltooid verleden tijd: he reforzado - Onvoltooid tegenwoordige tijd: estoy reforzando - Onvoltooid verleden tijd: estaba reforzando - Toekomstige tijd: reforzaré - Toekomstige voltooide tijd: habré reforzado - Gebiedende wijs: ¡refuerza!
"Reforzar" wordt vaak gebruikt in verschillende Spaanse idiomatische uitdrukkingen. Hier zijn enkele voorbeelden: 1. Reforzar una idea: Om een idee te versterken of te benadrukken. - Tenemos que reforzar esta idea para que quede clara. - We moeten dit idee versterken zodat het duidelijk wordt. 2. Reforzar un hábito: Om een gewoonte te versterken of te verankeren. - Es importante reforzar este hábito diariamente. - Het is belangrijk om deze gewoonte dagelijks te versterken. 3. Reforzar la autoestima: Om het zelfvertrouwen te versterken. - Debes reforzar tu autoestima y creer en ti mismo. - Je moet je zelfvertrouwen versterken en in jezelf geloven.
Het werkwoord "reforzar" is afgeleid van het Latijnse woord "refortiare", wat "versterken" betekent.