"Segurar" is een werkwoord.
De fonetische transcriptie van "segurar" volgens het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /seɡuˈɾaɾ/.
In het Nederlands kan "segurar" vertaald worden als "bevestigen", "verzekeren" of "garanderen", afhankelijk van de context.
"Segurar" betekent in het Spaans "iets vastzetten" of "garanderen" en wordt vaak gebruikt in contexten waarbij iets wordt beschermd of bevestigd. Het woord heeft een vrij hoge gebruiksfrequentie en is van belang in zowel mondelinge als geschreven vormen van de taal. In formele contexten wordt het vaak gebruikt in juridische of zakelijke taal.
"Es importante asegurar la calidad de los productos."
"Het is belangrijk om de kwaliteit van de producten te verzekeren."
"Debemos asegurar que los documentos estén firmados."
"We moeten ervoor zorgen dat de documenten ondertekend zijn."
"Segurar" komt ook voor in verschillende idiomatische uitdrukkingen. Hier zijn enkele voorbeelden:
"Asegurar el futuro."
"De toekomst verzekeren."
(Dit betekent dat men stappen onderneemt om toekomstige stabiliteit of zekerheid te waarborgen.)
"Asegurar el control."
"De controle verzekeren."
(Dit verwijst naar het veiligstellen van macht of invloed in een bepaalde situatie.)
"Asegurar el éxito."
"Het succes verzekeren."
(Dit houdt in dat men actie onderneemt om er zeker van te zijn dat een onderneming of project succesvol zal zijn.)
Het woord "segurar" komt van het Latijnse "securare," wat ook "beveiligen" of "garanderen" betekent. Het werkwoord is gerelateerd aan andere woorden in zowel het Spaans als andere Romaanse talen die vergelijkbare betekenissen hebben.
Synoniemen: - Afirmar (bevestigen) - Garantizar (garanderen)
Antoniemen: - Desproteger (onbeschermd laten) - Negar (ontkennen)
Dit levert een gedetailleerd overzicht van het woord "segurar" binnen de context van de Spaanse taal en zijn gebruik.