"su" is een bezittelijk voornaamwoord in het Spaans. Het wordt gebruikt om eigendom aan te geven.
De fonetische transcriptie van "su" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is [su].
Het Spaans woord "su" kan worden vertaald naar het Nederlands als "zijn" of "haar", afhankelijk van de context. Het kan ook "uw" betekenen wanneer het formeel is.
Het woord "su" geeft in het Spaans aan dat iets toebehoort aan de tweede of derde persoon, enkelvoud of meervoud. "Su" wordt veel gebruikt in zowel gesproken als geschreven Spaans, vooral omdat het een essentieel element is van de communicatie over eigendom. De gebruiksfrequentie is hoog, aangezien het in vrijwel alle contexten voorkomt waar eigenaarschap moet worden aangeduid.
"Su casa es muy grande."
"Zijn huis is erg groot."
"No entiendo su decisión."
"Ik begrijp zijn/haar beslissing niet."
"Su" wordt vaak gebruikt in idiomatische uitdrukkingen die verband houden met eigendom en verantwoordelijkheid. Hier zijn enkele voorbeelden:
"A su manera."
"Op zijn/haar manier."
"Hacer algo a su medida."
"Iets op maat voor hem/haar maken."
"Ver las cosas a su manera."
"De dingen op zijn/haar manier zien."
"Con su propia mano."
"Met zijn/haar eigen hand."
"Ella siempre hace las cosas a su manera."
"Zij doet altijd dingen op haar manier."
"Este proyecto debe ser hecho a su medida."
"Dit project moet op maat voor hem/haar worden gemaakt."
Het woord "su" is afgeleid van het Latijnse "suus", dat "zijn", "haar" of "van hem/haar" betekent. Dit toont de continuïteit van het gebruik van bezittelijke voornaamwoorden in de Romaanse talen.