"Subsistir" is een werkwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "subsistir" volgens het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is: /sub.sis.ˈtiɾ/
"Subsistir" kan in het Nederlands worden vertaald als "bestaan", "overleven" of "subsisteren".
"Subsistir" betekent in het Spaans het voortbestaan of overleven van iets of iemand in verschillende contexten. Het kan verwijzen naar het voortbestaan van een fysieke zaak, een idee of zelfs een persoon die moeilijke omstandigheden doorstaat. Het woord heeft een frequente gebruik in zowel gesproken als geschreven taal, hoewel het iets vaker in geschreven contexten voorkomt, zoals in juridische documenten of literaire werken.
Spaans: Es importante subsistir en tiempos difíciles.
Nederlands: Het is belangrijk om te overleven in moeilijke tijden.
Spaans: Las plantas necesitan agua para subsistir.
Nederlands: Planten hebben water nodig om te bestaan.
"Subsistir" komt minder vaak voor in idiomatische uitdrukkingen, maar het concept van overleven of blijven bestaan is belangrijk in de Spaanse taal. Hier zijn enkele voorbeeldzinnen:
Spaans: A veces tienes que subsistir con lo poco que tienes.
Nederlands: Soms moet je het doen met wat je hebt.
Spaans: En la selva, los animales han aprendido a subsistir.
Nederlands: In de jungle hebben de dieren geleerd te overleven.
Spaans: Es sorprendente cómo las especies pueden subsistir en condiciones extremas.
Nederlands: Het is verbazingwekkend hoe soorten kunnen bestaan onder extreme omstandigheden.
Het werkwoord "subsistir" komt van het Latijnse "subsistere", dat betekent "blijven staan" of "blijven bestaan". Het is samengesteld uit "sub-" (onder) en "sistere" (staan).
Synoniemen: sobrevivir (overleven), persistir (volharding), mantenerse (onderhouden).
Antoniemen: desaparecer (verdwijnen), ceder (toegeven), sucumbir (wijken, bezwijken).