"Textura" is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie van "textura" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /teksˈtuɾa/.
"Textura" kan worden vertaald naar het Nederlands als "structuur", "textuur" of "opbouw", afhankelijk van de context waarin het wordt gebruikt.
Het woord "textura" verwijst naar de structuur of de opbouw van een bepaalde substantie, meestal in relatie tot de textuur van materialen, weefsels of organen. In de medische context kan het bijvoorbeeld verwijzen naar de textuur van huid of weefsels. Het woord is vrij gebruikelijk in zowel gesproken als geschreven Spaans, met een iets hogere frequentie in technische of gespecialiseerde teksten.
La textura de la piel es un indicador de la salud.
De textuur van de huid is een indicator van de gezondheid.
La textura del tejido afectará el resultado de la cirugía.
De textuur van het weefsel zal het resultaat van de operatie beïnvloeden.
In het Spaans wordt "textura" meestal niet gebruikt in veel idiomatische uitdrukkingen, maar het kan in enkele zinnen worden geïntegreerd om verschillende concepten te beschrijven die verband houden met aanrakings- of oppervlaktekenmerken.
La textura de la vida está llena de altibajos.
De textuur van het leven is vol ups en downs.
Al tocar la tela, noté la textura suave.
Toen ik de stof aanraakte, merkte ik de zachte textuur op.
La textura de la música puede cambiar nuestras emociones.
De textuur van de muziek kan onze emoties veranderen.
Het woord "textura" komt van het Latijnse "textura", wat "weving" of "structuur" betekent, afgeleid van "texere", dat "weven" of "bouwen" betekent. Dit verwijst naar de manier waarop verschillende elementen met elkaar zijn verbonden en een geheel vormen.
Dit alles maakt "textura" een veelzijdig woord dat zowel in algemene als in medische contexten een belangrijke rol speelt.