timidez (spaans) - betekenis, definitie, vertaling, uitspraak

Woordsoort

"Timidez" is een zelfstandig naamwoord.

Fonetische transcriptie

De fonetische transcriptie van "timidez" in het Internationaal Fonetisch Alfabet is [timiˈðes].

Vertaalopties voor Nederlands

"Timidez" vertaalt naar het Nederlands als "verlegenheid".

Betekenis en gebruik

"Timidez" verwijst naar de eigenschap of toestand van verlegenheid, een gevoel van ongemak in sociale situaties of bij interacties met anderen. Het woord wordt vaak gebruikt in zowel gesproken als geschreven Spaans en het komt vrij regelmatig voor in de dagelijkse conversatie, vooral in contexten die sociale interactie of zelfvertrouwen betreffen.

Voorbeeldzinnen

1. Su timidez le impide hacer nuevos amigos.

2. Zijn verlegenheid weerhoudt hem ervan nieuwe vrienden te maken.

3. La timidez puede ser superada con el tiempo y la práctica.

4. Verlegenheid kan worden overwonnen met de tijd en oefening.

Idiomatische uitdrukkingen

"Timidez" komt in verschillende idiomatische uitdrukkingen voor. Hier zijn enkele voorbeelden:

1. Tener timidez - "Ella tiene timidez cuando habla en público."

2. "Zij heeft verlegenheid als ze in het openbaar spreekt."

3. Perder la timidez - "Después de un par de semanas, comenzó a perder la timidez."

4. "Na een paar weken begon ze de verlegenheid te verliezen."

5. Luchar contra la timidez - "Es importante luchar contra la timidez para poder expresar tus ideas."

6. "Het is belangrijk om tegen de verlegenheid te vechten om je ideeën te kunnen uiten."

7. Romper la timidez - "El taller fue útil para romper la timidez de los participantes."

8. "De workshop was nuttig om de verlegenheid van de deelnemers te doorbreken."

Etymologie

"Timidez" komt van het Latijnse woord "timidus", dat "angstig" of "bang" betekent, wat door de betekenis van verlegenheid doorwerkt in het Spaans.

Synoniemen en antoniemen

Synoniemen: - Vergüenza (generale schaamte) - Inhibición (inhibitie)

Antoniemen: - Seguridad (zekerheid) - Confianza (vertrouwen)