Werkwoord
/tɾituˈɾaɾ/
Het werkwoord "triturar" betekent "fijnmalen" of "vergruizen". Het wordt vaak gebruikt in de context van het vermalen van voedsel of andere materialen. Dit werkwoord wordt zowel in de gesproken taal als in geschreven teksten gebruikt, voornamelijk in informele gesprekken of in recepten.
Zij malen fijn: ellos/ellas trituran
Verleden tijd:
Zij maalden fijn: ellos/ellas trituraron
Onvoltooid tegenwoordige tijd: yo estoy triturando (ik ben aan het fijnmalen)
Het werkwoord "triturar" wordt niet vaak gebruikt in Spaanse idiomen, maar het kan voorkomen in algemene uitdrukkingen zoals: 1. Triturar emocionalmente: Emotioneel verpletteren. 2. Triturar papeleo: Documenten verwerken. 3. Triturar en la licuadora: In de blender mengen.
Het werkwoord "triturar" is afgeleid van het Latijnse woord "trītūrāre", wat "verpulveren" betekent.
Synoniemen: malen, verpulveren, verpulveren, kneuzen
Antoniemen: heel laten, intact laten, behouden, bewaren