Het woord "trote" is een zelfstandig naamwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "trote" volgens het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /ˈtɾote/.
"Trote" kan in het Nederlands worden vertaald als "stijl", "sfeer" of "manier", afhankelijk van de context waarin het wordt gebruikt.
In het Spaans verwijst "trote" hoofdzakelijk naar de manier waarop iemand zich voortbeweegt of de stijl van een beweging. Het kan ook worden gebruikt om de manier van spreken of communiceren aan te duiden. Het wordt vaak gebruikt in informele advertenties en in het dagelijkse gesprek tussen vrienden of familie.
"Trote" wordt vaak gebruikt in spreektaal en in informele schriftelijke communicatie, zoals berichten of sociale media. Het is minder gebruikelijk in formele of geschreven contexten.
De stijl van zijn/haar race was heel snel.
Me gusta cómo tienes ese trote cuando bailas.
Het woord "trote" wordt niet veel gebruikt in idiomatische uitdrukkingen, maar hier zijn enkele zinnen waarin het voorkomt:
Een stijl van joggen (letterlijk: een sprongetje maken).
Llevar el trote.
De stijl van de situatie onder controle hebben.
Con ese trote, nunca llegaremos a tiempo.
Het woord "trote" komt van het Spaanse werkwoord "trota", dat is afgeleid van "trottar", wat betekent "joggen" of "snelle pas". De basis van het woord gaat terug naar de manier van voortbewegen en hoe die kan verschillen in stijl en snelheid.
In het algemeen is "trote" een veelzijdig woord dat zowel fysieke bewegingen als stijlen van interactie in de Spaanse taal beschrijft.