Het woord "velo" is een zelfstandig naamwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "velo" in het Internationaal Fonetisch Alfabet is [ˈbelo].
"Velo" kan vertaald worden als "fiets" in het Nederlands.
In het Spaans verwijst "velo" voornamelijk naar een fiets, vooral in informele contexten, met name in sommige delen van Spanje en Latijns-Amerika. Het gebruik van "velo" is frequent in de mondelinge spraak, vooral onder jongeren en mensen die van fietsen houden. Het kan ook verwijzen naar iets dat verbinding heeft met snelheid of mobiliteit, hoewel dit minder gebruikelijk is.
Prefiero andar en velo que usar el coche para distancias cortas.
(Ik geef er de voorkeur aan om op de fiets te gaan dan de auto te gebruiken voor korte afstanden.)
¿Cuántas horas pasas en velo cada semana?
(Hoeveel uren breng je elke week op de fiets door?)
"Velo" is niet wijdverspreid in idiomatische uitdrukkingen, maar het woord kan in specifieke contexten worden gebruikt die verband houden met fietsen of snelheid.
Hacer velo en la ciudad es una forma ecológica de transporte.
(Fietsen in de stad is een ecologische manier van transport.)
Montar en velo es una manera excelente de mantenerse en forma.
(Fietsen is een uitstekende manier om fit te blijven.)
En la competencia, hizo velo y ganó el primer lugar.
(In de competitie fietste hij snel en won de eerste plaats.)
Het woord "velo" is afgeleid van het Latijnse woord "velox", wat "snel" betekent. In sommige contexten kan het ook verband houden met "velum," wat "groot zeil" of "bedekking" betekent, maar in moderne termen heeft het zich gevestigd als een term voor de fiets.
Synoniemen: bicicleta (de meest gebruikelijke Spaanse term voor fiets).
Antoniemen: En de context van transport kan "a pie" (te voet) als antoniem worden beschouwd.
Met deze informatie heb je een uitgebreid overzicht van het woord "velo" in het Spaans en zijn gebruik in verschillende contexten.