"Visado" is een zelfstandig naamwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "visado" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is [biˈsaðo].
Het woord "visado" kan in het Nederlands worden vertaald als "visum".
"Visado" verwijst naar een officiële toestemming, vaak in de vorm van een stempel of document, dat aan een aanvrager wordt verleend om in een bepaald land te mogen verblijven of dat land binnen te gaan. Het wordt veel gebruikt in juridische en algemene contexten.
In het Spaans is het gebruik van "visado" voornamelijk schriftelijk, vooral in juridische en administratieve documenten, maar het wordt ook mondeling gebruikt, vooral in gesprekken over reizen en immigratie.
Voor reizen naar de Verenigde Staten heb je een visum nodig.
Ella solicitó un visado para estudiar en el extranjero.
"Visado" komt niet vaak voor in idiomatische uitdrukkingen. Echter, hier zijn enkele zinnen waarin het woord voorkomt:
Zonder visum kun je het land niet binnenkomen.
El visado fue aprobado rápidamente por la embajada.
Het visum werd snel goedgekeurd door de ambassade.
Necesitas un visado de trabajo para empleo en el extranjero.
Het woord "visado" is afgeleid van het Spaanse werkwoord "visar", wat "stempelen" of "goedkeuren" betekent. Dit werkwoord komt zelf van het Latijnse "visa", wat "gezien" betekent, aangeduid dat iets door een autoriteit is gecontroleerd en goedgekeurd.