zapatero - betekenis, definitie, vertaling, uitspraak
Diclib.com
Woordenboek ChatGPT

zapatero (spaans) - betekenis, definitie, vertaling, uitspraak


Woordsoort:

Het woord "zapatero" is een zelfstandig naamwoord in het Spaans.

Fonetische transcriptie:

[zapaˈteɾo]

Vertaalopties voor Nederlands:

  1. Schoenmaker
  2. Schoenenkast

Betekenis:

"Zapatero" kan verschillende betekenissen hebben in het Spaans, afhankelijk van de context waarin het wordt gebruikt. Het wordt vaak gebruikt om te verwijzen naar een schoenmaker of een schoenenkast. In het algemeen wordt het woord "zapatero" in verschillende varianten van Spaans gebruikt, waaronder regio's als Zuid-Amerika, colloquial Spaans, Alava en Navarre.

Voorbeeldzinnen:

  1. El zapatero arregló mis zapatos ayer. (De schoenmaker repareerde gisteren mijn schoenen.)
  2. La tarea de limpiar el zapatero es tediosa. (Het schoonmaken van de schoenenkast is vervelend.)

Idiomatische uitdrukkingen:

  1. "El zapatero está siempre más descalzo."
  2. Vertaling: "De schoenmaker loopt altijd meer zonder schoenen."
  3. Betekenis: Het idee dat professionals in een bepaald vakgebied vaak hun eigen behoeften verwaarlozen.

  4. "Cada cual a su zapato."

  5. Vertaling: "Ieder zijn eigen schoen."
  6. Betekenis: Iedereen moet zijn eigen taken en verantwoordelijkheden uitvoeren.

Etymologie:

Het woord "zapatero" is afgeleid van het Latijnse woord "sabatarius", dat een ambachtsman betekent die schoenen maakt of repareert. Later werd dit woord geëvolueerd naar "zapatero" in het Spaans.

Synoniemen en antoniemen:



3