Het woord "zapato" is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie van "zapato" volgens het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is: /θaˈpato/ (in Spanje) of /saˈpato/ (in Latijns-Amerika).
"Zapato" vertaalt naar het Nederlands als "schoen".
"Zapato" verwijst naar een type schoeisel dat voornamelijk wordt gedragen om de voeten te beschermen en te ondersteunen. Het woord wordt vaak gebruikt in alledaagse gesprekken over mode, comfort en lifestyle. Het wordt even vaak in gesproken taal als in geschreven context gebruikt.
Ik hou van de nieuwe schoenen die ik heb gekocht.
Necesito un par de zapatos cómodos para trabajar.
"Zapato" wordt ook vaak gebruikt in diverse idiomatische uitdrukkingen in het Spaans.
Betekenis: Iemand is gewend aan iets of iemand, wat letterlijk betekent dat oude schoenen niet meer strak zitten.
"No hay zapato que no apriete"
Betekenis: Dit betekent dat niemand perfect is en dat er altijd ongemakken zullen zijn in het leven.
"A buen hambre no hay mal pan, ni zapato"
Betekenis: Dit drukt uit dat in moeilijke tijden zelfs de minste dingen waardevol zijn.
"Zapatos de cristal"
Het woord "zapato" komt van het Arabische woord "sabbāṭ" (صَبَّاط), wat ook "schoen" betekent. Het is via het Spaans een onderdeel van de Romaanse taal geworden.
Synoniemen: - Calzado (schoeisel) - Zapatilla (sport- of binnenschoen)
Antoniemen: - Descalzo (blootsvoets) - Descalzar (uit de schoenen halen)