Substantief
IPA: /pa.ˈne.lɐ/ Dutch: /pa.ˈne.lɐ/
Het woord "panela" in het Portugees verwijst naar een kookpan of een pan. Het wordt veel gebruikt in zowel gesproken taal als geschreven context. Het is een alledaags woord dat frequent voorkomt in de Portugese taal.
"Panela" is een zelfstandig naamwoord en heeft geen werkwoordsvormen zoals vervoegingen.
"Panela" wordt vaak gebruikt in verschillende Portugese idiomatische uitdrukkingen. Hier zijn enkele voorbeelden:
1. Botar a panela no fogo
De pan op het vuur zetten
(Betekenis: Beginnen met iets.)
Lavar a panela comigo
De pan met mij wassen
(Betekenis: Samen verantwoordelijk zijn voor een probleem.)
Não mexer na panela
Niet in de pan roeren
(Betekenis: Niet bemoeien met iets dat niet jouw zaak is.)
Panela velha é que faz comida boa
Een oude pan maakt het beste eten
(Betekenis: Traditionele methoden of tools werken het beste.)
Esquentar a panela
De pan verwarmen
(Betekenis: Een situatie intensiveren.)
Het woord "panela" komt van het Latijnse woord "patella", wat ook "pannetje" of "schaal" betekent.
Synoniemen: 1. Frigideira (koekenpan) 2. Caçarola (stoofpot) 3. Tacho (kookpot)
Antoniemen: 1. Prato (bord) 2. Copo (glas) 3. Talheres (bestek)